dvl
pib
RM
1 juli 2025
De arbeidersstrijd heeft de afgelopen jaren een duidelijke ontwikkeling omhoog doorgemaakt. Maar ook met zelfstandige initiatieven als die van de apothekersassistenten, bleef deze strijd binnen de kaders van de economische strijd voor directe, dagelijkse belangen. De arbeidersklasse en de werkende bevolking in z’n algemeen heeft geen andere keuze dan die strijd te voeren – anders halen de bazen je het vel over de oren. Tegelijkertijd ontwikkelen deze acties, stakingen en demonstraties een eigen dynamiek: het vakbondsbewustzijn is gestegen - het bewustzijn dat arbeidersstrijd nodig is, belangrijk is en iets om trots op te zijn. Zie de 1 mei demonstratie van de FNV in 2025 in Amsterdam, waar groepen werkers deels per bedrijf en per sector georganiseerd deelnamen. Dat is een goede uitgangspositie voor de komende jaren. De werkers hebben deze ervaringen nodig om te herkennen dat ze een klasse vormen. Om de dagelijkse strijd een leerschool te laten worden voor de strijd die een einde maakt aan de loonslavernij - daar is een revolutionaire arbeiderspartij voor nodig. Om niet alleen te strijden ter verdediging van gezamenlijke belangen, maar om de volgende stap te zetten. Om de klassenstrijd bewust te voeren als klasse. Om het socialisme te bevechten. Lage inkomens worden amper in verband gebracht met de hoge winsten. Maar zij zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Winst maken is een innerlijke dwang in het kapitalisme. Bedrijven die geen winst maken, gaan failliet of worden overgenomen. Daarom wordt het hele politieke beleid in ‘onze’ kapitalistische economie ondergeschikt gemaakt aan winstmakerij. Daarom zijn problemen als armoede en milieu niet op te lossen binnen dit systeem. Een actievoerende vakbond groeit, een vakbond die blaft zonder te bijten – een vakbond die poldert – die krimpt. De FNV groeide in de afgelopen jaren, omdat het bestuur zich – vaak tegenstribbelend – niet kon onttrekken aan de wil en bereidheid van de werkers om voor hun belangen te strijden. Wat werkende mensen in hun strijd niet kunnen gebruiken is de wanvertoning in de top van de FNV. De crisis in de top laat het dubbelkarakter zien van een vakbond in het kapitalisme. Leden worden lid om gezamenlijk voor hun belangen op te komen. Maar het bestuursapparaat van de bond is een ordeningsfactor voor de kapitalistische maatschappijorde. Met een Raad van Toezicht (RvT) waar VNO-NCW-leden ook een plaats hebben. Die RvT had een interim-bestuur gedropt, dat alweer is weggestuurd. Niet alleen de bazen bemoeien zich met de vakbond, nu ook het staatsapparaat: de Ondernemingskamer van het gerechtshof heeft nu twee leden van de RvT vervangen en gaat de hele FNV doorlichten. Die twee nieuwe raadsleden – waaronder Lodewijk Asscher - draaien nu aan de knoppen en mogen bepalen wanneer er verkiezingen voor een nieuw bestuur worden gehouden. Met de belangen van de bijna 1 miljoen werkers die lid zijn van de FNV en die hun contributie betalen, heeft dit helemaal niets te maken – integendeel. Om van de bond een strijdorganisatie te maken: • Alle vakbondsfunctionarissen van hoog tot laag moeten verkiesbaar en afzetbaar zijn • Bij elke vakbondsactie democratisch gekozen actiecomités die de strijd leiden en alle belangrijke beslissingen nemen op massavergaderingen • Bestrijd klassensamenwerkingspolitiek en reformisme – strijd radicaal voor de belangen van de arbeidersklasse en de werkers • Maak van de vakbond een strijdorganisatie!
Werkende mensen moeten de leiding ovenemen
arbeidersstrijd
De arbeidersstrijd heeft de afgelopen jaren een duidelijke ontwikkeling omhoog doorgemaakt. Maar ook met zelfstandige initiatieven als die van de apothekersassistenten, bleef deze strijd binnen de kaders van de economische strijd voor directe, dagelijkse belangen. De arbeidersklasse en de werkende bevolking in z’n algemeen heeft geen andere keuze dan die strijd te voeren – anders halen de bazen je het vel over de oren. Tegelijkertijd ontwikkelen deze acties, stakingen en demonstraties een eigen dynamiek: het vakbondsbewustzijn is gestegen - het bewustzijn dat arbeidersstrijd nodig is, belangrijk is en iets om trots op te zijn. Zie de 1 mei demonstratie van de FNV in 2025 in Amsterdam, waar groepen werkers deels per bedrijf en per sector georganiseerd deelnamen. Dat is een goede uitgangspositie voor de komende jaren. De werkers hebben deze ervaringen nodig om te herkennen dat ze een klasse vormen. Om de dagelijkse strijd een leerschool te laten worden voor de strijd die een einde maakt aan de loonslavernij - daar is een revolutionaire arbeiderspartij voor nodig. Om niet alleen te strijden ter verdediging van gezamenlijke belangen, maar om de volgende stap te zetten. Om de klassenstrijd bewust te voeren als klasse. Om het socialisme te bevechten. Lage inkomens worden amper in verband gebracht met de hoge winsten. Maar zij zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Winst maken is een innerlijke dwang in het kapitalisme. Bedrijven die geen winst maken, gaan failliet of worden overgenomen. Daarom wordt het hele politieke beleid in ‘onze’ kapitalistische economie ondergeschikt gemaakt aan winstmakerij. Daarom zijn problemen als armoede en milieu niet op te lossen binnen dit systeem. Een actievoerende vakbond groeit, een vakbond die blaft zonder te bijten – een vakbond die poldert – die krimpt. De FNV groeide in de afgelopen jaren, omdat het bestuur zich – vaak tegenstribbelend – niet kon onttrekken aan de wil en bereidheid van de werkers om voor hun belangen te strijden. Wat werkende mensen in hun strijd niet kunnen gebruiken is de wanvertoning in de top van de FNV. De crisis in de top laat het dubbelkarakter zien van een vakbond in het kapitalisme. Leden worden lid om gezamenlijk voor hun belangen op te komen. Maar het bestuursapparaat van de bond is een ordeningsfactor voor de kapitalistische maatschappijorde. Met een Raad van Toezicht (RvT), waar VNO-NCW-leden ook een plaats hebben. Die RvT had een interim- bestuur gedropt, dat alweer is weggestuurd. Niet alleen de bazen bemoeien zich met de vakbond, nu ook het staatsapparaat: de Ondernemingskamer van het gerechtshof heeft nu twee leden van de RvT vervangen en gaat de hele FNV doorlichten. Die twee nieuwe raadsleden – waaronder Lodewijk Asscher - draaien nu aan de knoppen en mogen bepalen wanneer er verkiezingen voor een nieuw bestuur worden gehouden. Met de belangen van de bijna 1 miljoen werkers die lid zijn van de FNV en die hun contributie betalen, heeft dit helemaal niets te maken – integendeel. Om van de bond een strijdorganisatie te maken: • Alle vakbondsfunctionarissen van hoog tot laag moeten verkiesbaar en afzetbaar zijn • Bij elke vakbondsactie democratisch gekozen actiecomités die de strijd leiden en alle belangrijke beslissingen nemen op massavergaderingen • Bestrijd klassensamenwerkings- politiek en reformisme – strijd radicaal voor de belangen van de arbeidersklasse en de werkers • Maak van de vakbond een strijdorganisatie!
Werkende mensen moeten de leiding ovenemen 1 juli 2025
DVL
PiB